10 apr 2019

Poem of the month

 

When I am among the trees, By Mary Oliver

(Nederlandse vertaling onderaan)

 

When I am among the trees,
especially the willows and the honey locust,
equally the beech, the oaks, and the pines,
they give off such hints of gladness.

I would almost say that they save me, and daily.
I am so distant from the hope of myself,
in which I have goodness, and discernment,
and never hurry through the world
but walk slowly, and bow often.
Around me the trees stir in their leaves
and call out, “Stay awhile.”

The light flows from their branches.
And they call again, “It’s simple,”
they say, “and you, too, have come
into the world to do this, to go easy,
to be filled with light, and to shine.”

 

In het nederlands:

Als ik tussen de bomen ben

Vooral de wilgen en de meidoorn

Maar ook de beuk, de eiken en de dennen,

Geven ze zulke hints van blijheid.

 

Ik zou bijna zeggen dat ze me redden, en wel dagelijks.

Ik ben zo ver van de hoop van een zelf

Vol goedheid en inzicht, die nooit haastig

Door de wereld gaat

Maar langzaam loopt en veel buigt.

Om me heen ruisen de bladeren

En de bomen roepen: “Blijf nog even.”

 

Het licht stroomt van hun takken

En ze roepen weer: “Het is eenvoudig,

“En ook jij bent geboren om dit te doen,

Om je moeiteloos te bewegen,

Om, gevuld met licht, te stralen.”

 

 

 

 


< < Terug naar News and Views